Is herijking sociaal minimum noodzakelijk?
Onderzoek van een onafhankelijke commissie moet komende zomer antwoord geven op de vraag hoeveel geld mensen tegenwoordig nodig hebben om rond te kunnen komen en om mee te kunnen doen in de samenleving. Die herijking van het sociaal minimum, zoals het officieel heet, is volgens Nibud-directeur Arjan Vliegenthart urgenter dan ooit. Een interview. “In gemiddelden kun je niet wonen.”
In de commissie, waarin onder andere universiteiten, het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) zitting hebben, wordt het Nibud vertegenwoordigd door Vliegenthart. “De vraag die we willen beantwoorden is: wat is armoede nou eigenlijk?”, legt hij uit. “In het licht van de recente stijging van de vaste lasten en de huishoudelijke uitgaven, is die vraag urgenter dan ooit.”
Was dat voor het Nibud afgelopen zomer reden de stormbal te hijsen?
Vliegenthart: “Ja. Half juli hebben we in een persbericht naar buiten gebracht dat uit onze berekeningen bleek dat steeds meer huishoudens financieel klem kwamen te zitten door de gestegen kosten. Opvallend was dat we door de stijging van de energiekosten en de kosten van levensonderhoud niet alleen huishoudens met een laag inkomen, maar ook huishoudens met een bovenmodaal inkomen in de min zagen duiken. Afhankelijk van het inkomen en de woonsituatie, is een huishouden idealiter niet meer dan de helft van het inkomen kwijt aan de vaste lasten. In steeds meer gezinnen steeg dat percentage naar 70%. Veel meer huishoudens hadden hierdoor iedere maand het gevoel te moeten puzzelen met te weinig stukjes. De financiële stress die dat geeft, is enorm.”
‘We zouden graag zien dat deze stress van de keukentafel naar de bestuurstafel gaat’, schreef je in het persbericht. Dat is gebeurd toch?
“Ja, dankzij de aankondiging van het prijsplafond voor energie. Financiële stress wordt niet alleen veroorzaakt door geldgebrek, maar ook door onzekerheid over de toereikendheid van het inkomen in de toekomst. De stijgende energieprijzen en de inflatie veroorzaakten veel onzekerheid en stress, die door het prijsplafond grotendeels wordt weggenomen, in ieder geval in 2023. Dat neemt overigens niet weg dat er nog steeds mensen zijn die voor een deel van hun energieverbruik de hoofdprijs betalen. En je hebt mensen die bijvoorbeeld reuma hebben en de verwarming daardoor niet lager kúnnen zetten. Daarom blijven we aandacht vragen voor dergelijke specifieke doelgroepen. We snappen dat de regering een prikkel wil inbouwen om energie te besparen en we begrijpen ook dat de zakken van de regering niet oneindig diep zijn. Maar dat ook veel middeninkomens financieel in de problemen kwamen toen de uitgaven aan wonen, vervoer en boodschappen dit jaar begonnen te stijgen, geeft op z’n minst te denken.”
Vandaar die commissie toch?
“Nee, die zou er sowieso zijn gekomen. Wat mij betreft gaat de herijking van het sociaal minimum deel uitmaken van een veel bredere maatschappelijke discussie. Dat het minimumloon en de uitkeringen vanaf 1 januari worden verhoogd met ruim 10% is vooral bedoeld om de hoge inflatie van het afgelopen jaar op te vangen. Maar we moeten natuurlijk verder terugkijken: wat is er de afgelopen jaren fundamenteel gebeurd en gedaan? Dat we over ‘werkende armen’ praten en dat steeds meer mensen bij de voedselbank aankloppen, zijn tekenen aan de wand. De invoering van het energieplafond trekt veel mensen boven de streep, maar de vraag is voor hoe lang. Uit onze bestudering van de Miljoenennota bleek dat mensen met een laag inkomen er mede dankzij het energieplafond in 2023 een grotere koopkrachtstijging tegemoet kunnen zien dan mensen met een modaal inkomen. ‘In gelul kan je niet wonen’, zei voormalig politicus Jan Schaefer ooit. ‘Mensen wonen niet in gemiddeldes maar in echte levens’, zou ik daar aan willen toevoegen. Dat mogen we nooit uit het oog verliezen.”